Early metabolic risk in COPD

Samenvatting proefschrift Dr. Bram van den Borst

17 mei 2013, Maastricht University Medical Center+
Promotor: Prof.dr.ir. Annemie M.W.J. Schols
Co-promotor: Dr. Harry R. Gosker

Patiënten met mild tot matig COPD overlijden primair aan hart- en vaatziekten. Hun verhoogde ziektelast en sterfte worden waarschijnlijk bepaald door zowel ziekte-specifieke factoren als door algemene trends in de bevolking zoals vergrijzing en vervetting. Dit proefschrift richt zich op patiënten met mild tot matig COPD en onderzoekt of zij een verhoogd metabool risico hebben. Tevens wordt onderzocht of veroudering en een ongezonde leefstijl hierin een rol spelen.

Beenspieren al vroeg opgerookt en uitgeblust
Fysiologisch verlies van spiermassa tijdens veroudering (sarcopenie) gaat gepaard met functieverlies. Veel patiënten met COPD ervaren spierzwakte. De vraag rijst of dit veroorzaakt wordt door COPD of dat het te verklaren is door sarcopenie. Het blijkt dat de snelheid van het sarcopenieproces niet versneld wordt door COPD. Echter, ouderen met COPD hebben aanzienlijk minder spiermassa dan gezonde leeftijdsgenoten. Het verlies van spiermassa begint dus vroeger in het leven, ofwel spiermassa was altíjd al laag. Bovendien blijkt dat rokers zonder COPD net zo weinig spiermassa hebben als COPD-patiënten; als primaire COPD-risicofactor heeft roken dus ook een negatief effect op spiermassa. Dit proefschrift toont tevens bewijs voor een verminderd uithoudingsvermogen van de bovenbeenspier in patiënten met mild-tot-matig COPD die nog een normale spiermassa hebben. Uit analyses van spierbiopten bleek dat nadelige metabole veranderingen gerelateerd waren aan het verminderde uithoudingsvermogen. Dit kan bijdragen aan verminderde inspanningscapaciteit en fysieke inactiviteit.

Vet als ontstekingsbron
Vetweefsel is niet enkel een opslagplaats voor energie, maar scheidt tevens inflammatoire eiwitten uit (‘adipokines’). Een disregulatie hiervan zou een rol kunnen spelen in systemische inflammatie in COPD. In biopten van buikvet bleek dat adipokine-genexpressie niet verschillend was tussen patiënten met mild-tot-matig COPD en gezonden. Evenmin waren er verschillen in circulerende adipokines. Wel bleek dat patiënten met mild COPD een verhoogde hoeveelheid intra-abdominaal vetweefsel hebben, onafhankelijk van obesitas of een toegenomen buikomvang. Intra-abdominale vetmassa was sterk positief geassocieerd met circulerend interleukine-6, wat voorspellend was voor de hogere sterfte van deze patiënten. Interventies gericht op het verminderen van intra-abdominale vetmassa zouden een gunstig effect kunnen hebben door verlaging van systemische inflammatie en geassocieerde mortaliteit.

Ongezonde leefstijl in COPD: achter het rookgordijn
Stoppen met roken is cruciaal in de behandeling van COPD, maar het is mogelijk niet genoeg in het kader van leefstijloptimalisatie. Dit proefschrift toont een afname van dagelijkse fysieke activiteit van 40% in patiënten met mild-tot-matig COPD in vergelijking met gezonde mensen. Lichamelijke inactiviteit leidt tot een deconditionering van spieren, een ongunstige verdeling van lichaamsvet en systemische inflammatie, en kan aldus bijdragen aan ziektelast en progressie in COPD. Bovendien toont dit proefschrift bewijs voor een slechte voedingskwaliteit van COPD patiënten welke wordt gekarakteriseerd door een hoge vetconsumptie, en verminderde inname van groente, fruit en vezels.

Vroeg metabool risico in COPD
Nadelige verandering in de stofwisseling van de beenspieren, een ongunstige verdeling van lichaamsvet, en een algeheel ongezonde leefstijl verhogen het risico op metabole en hart- en vaatcomplicaties in patiënten met COPD– reeds in de vroege fase van hun ziekte. Meer kennis over de mechanismen van dit verhoogde metabole risico zal leiden tot nieuwe therapeutische opties om hun ziektelast en sterfte te verminderen.

Download hier het volledige proefschrift